Verdieptegovernance logo

Laura de Kruijs (Governance University) en Paul Geraeds (NCD) over de rol van opleiders

13 april 2024

Laura de Kruijs is zakelijk directeur van Governance University, Paul Geraeds voorzitter bij de NCD. Ze namen samen met Ebbinge, Hemmingway, Nyenrode, Tias en NR Governance deel aan het project Ongemak in de Boardroom. Samen vertegenwoordigen ze het overgrote deel van de bestuurders- en commissarissenopleidingen van Nederland. “Dat zegt iets over de relevantie van het onderwerp voor onze opleidingen”, aldus De Kruijs. “En hoewel we het onderwerp in eerste instantie complex en ook zelf een beetje ongemakkelijk vonden, hebben we er uiteindelijk enorm veel van geleerd. Sterker nog, het draagt bij aan een concreter beeld van hoe de toekomst van governance eruit ziet en hoe we het kunnen toepassen.”

 

Geraeds vertelt over hoe bijzonder hij de samenwerking in het project vond: “We zaten ineens aan tafel met gelijkgestemden en verschillende – en zelfs concurrerende – opleiders. Wat me opviel is de openheid van de discussie en de complementariteit, zonder ego’s. Het was echt een inclusief traject.”

 

Governance University en NCD zijn net als de andere opleiders meegenomen in de ontwikkeling van het onderzoek. De Kruijs: “We hebben ons perspectief gedeeld vanuit praktijk en eigen onderzoek. En hebben nagedacht over de impact die we kunnen maken binnen ons curriculum. Dit vanuit de overtuiging dat we samen meer impact maken dan alleen. We hebben stuk voor stuk de ambitie om governance naar een hoger niveau te tillen. Ook beseffen we het belang en de ‘sense of urgency’ van het ongemak aangaan in de boardroom. Opleidingen voelen de verantwoordelijkheid om een logische rol te pakken.”

 

ONGEMAK ADRESSEREN
De Kruijs: “We willen bestuurders en commissarissen bewust maken van het ongemak en leren hoe ongemak bespreekbaar te maken. Dat ongemak heeft een belangrijke signaalfunctie. Elke opleider geeft op zijn eigen manier invulling aan het integreren van de bevindingen van het onderzoek. Voor Governance University betekent het in ieder geval dat we verdere verdieping kunnen geven aan de onderdelen van ons programma die al raakvlakken hebben. Waardevolle, nieuwe inzichten passen we ook toe in ons advieswerk en bijvoorbeeld in het begeleiden van zelf-evaluaties. De groep opleiders ziet verder dat het breder moet worden getrokken. Impact is ook te maken vanuit werving en selectie, de rol van een secretaris, voorzitter en kwaliteitscommissies. We blijven elkaar voeden en willen over een jaar onze resultaten terug te geven aan het onderzoeksteam.”

 

Tot slot sluiten De Kruijs en Geraeds graag af met een oproep aan bestuurders en commissarissen: “Investeer in je rol, ga in gesprek over de bevindingen van het onderzoek en kijk het ongemak in de ogen. En tot slot: draag zorg voor je eigen ontwikkeling, bijvoorbeeld het volgen van een goede opleiding.”